Stadsbegroting 2020 Gemeente Nijmegen

Onderhoud kapitaalgoederen

Gebouwen

Beleidskader

Het planmatig en klachtenonderhoud aan de gemeentelijke gebouwen wordt sinds 1 januari 2016 uitgevoerd door onze regie-partner Heyday. Het contract is inmiddels verlengd tot 31-12-2020. Het onderhoud aan de gemeentelijke gebouwen wordt uitgevoerd op basis van meerjaren onderhoudsplannen. Bij alle panden wordt daarbij het wettelijk -, periodiek-, storings- en gebrekenonderhoud uitgevoerd om de functionaliteit en veiligheid te borgen. De plannen worden aan de hand van inspecties en in overleg met de gebruikers jaarlijks geactualiseerd. Wij toetsen de performance van onze regie-partner op klanttevredenheid en onderhoudsstaat van de gebouwen. De opdracht aan de onderhoudspartij is om panden te onderhouden op conditieniveau 3 van de Nederlands Normalisatie-instituut 2767 (NEN 2767) voor gebouwen. Dat betekent op een 'sober- en doelmatig niveau'.  Uw Raad heeft middelen beschikbaar gesteld om de gebouwen structureel in goede staat te onderhouden. Het jaarlijkse onderhoud vertoont in absolute zin, als gevolg van werkelijk uit te voeren onderhoud, grote fluctuaties. Door de reserve onderhoud kent de feitelijke belasting van de begroting toch een stabiel beeld. Wij egaliseren de lasten van het onderhoud namelijk naar een gemiddelde over een periode van 20 jaren.  We kunnen met het toegekende budget de gemeentelijke gebouwen in stand houden, maar de gelden zijn niet bestemd en ook niet toereikend om er verbeteringen qua materialengebruik, installaties of qua functionaliteit mee aan te brengen.

De financiële consequenties en vertaling in begroting

De mutaties op de reserve onderhoud worden verwerkt in de stadsbegroting.  
Voor de komende 4 jaren ziet het budget er als volgt uit:

Onderhoudsbudget bestaand beleid; bedragen * € 1.000

 2020

 2021

 2022

 2023

Gebouwen

5.806

5.939

6.076

6.216

Sportaccommodaties

442

452

463

473

Totaal

6.248

6.391

6.539

6.689

In bovenstaande tabel is het onderhoud van panden zoals weergegeven in planexploitaties niet meegenomen.  
We storten het beschikbare onderhoudsbudget in de reserve onderhoud. De storting in de reserve onderhoud voor de gebouwen bedraagt in 2020 € 5,8 miljoen. Naar verwachting wordt er in 2020 € 7,6 miljoen onttrokken. Het verschil tussen de storting en onttrekking wordt enerzijds veroorzaakt door de sterk stijgende aannemingskosten, o.a. voor materialen en personeel. Anderzijds door aanpassingen van de regelgeving, waardoor er strengere veiligheidseisen gelden voor onze gebouwen. We zullen de structureel benodigde middelen voor onderhoud onderbouwen met een objectieve bouwkundige analyse van onze vastgoedportefeuille. Daarnaast wordt het onderzoek naar inzet duurzaamheidsgelden in relatie tot onderhoud opnieuw opgepakt.

ga terug