Grondslagen en uitgangspunten
Areaalontwikkeling woningen en inwoners
In het financieel beeld houden we rekening met de ontwikkeling van de woningbouw en de aantallen inwoners. Hiervoor gebruiken we cijfers van Onderzoek en Statistiek en het programma Wonen. Deze aantallen worden onder meer gebruikt in de ramingen van het gemeentefonds en de belastingopbrengsten.
Woningbouwproductie per jaar | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
---|---|---|---|---|
Bestaande stad | 50 | 425 | 575 | 275 |
Waalfront | 240 | 100 | 150 | 150 |
Waalsprong | 700 | 700 | 600 | 700 |
Totaal | 990 | 1.225 | 1.325 | 1.125 |
Verschil t.o.v. stadsbegroting 2019 | -135 | 100 | 200 | 1.125 |
Aantal inwoners per 1-1 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
---|---|---|---|---|
Aantal inwoners per 1-1 | 179.000 | 180.000 | 181.500 | 183.000 |
Toename t.o.v. stadsbegroting vorig jaar | 900 | 800 | 1.400 |
Rente
Voor de komende jaren verwachten we dat de rente laag blijft. Het Besluit Begroting en Verantwoording verplicht ons om een rekenrente te hanteren die in lijn ligt met de werkelijk door ons te betalen rente. Op grond daarvan verlagen we de rekenrente vanaf 2020 naar 0,8%.
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|
Rekenrente: | ||||
- Inzet van reserves en voorzieningen | <===== 0,8% =====> | |||
- Doorberekening aan investeringen | <===== 0,8% =====> | |||
Langlopende leningen | 0,9% | 0,9% | 1,0% | 1,1% |
Kortlopende leningen | -0,4% | -0,4% | -0,3% | -0,3% |
Indexeringen
Op grond van de cijfers uit het centraal economische plan (cep) van het Centraal Plan Bureau (CPB) d.d. 21 maart 2019 stellen we de volgende indexeringspercentages voor:
Indexeringspercentages | loonsom | materiële lasten | Inflatie (CPI) | Gemeentelijke tarieven | T.b.v. subsidies |
---|---|---|---|---|---|
Indexering 2020 | 2,30% | 2,40% | 1,50% | ||
Nacalculatie | 0,00% | -0,10% | -0,10% | ||
Indexeringspercentage 2020 | 2,30% | 2,30% | 1,40% | 2,30% | 2,30% |
Parameters grondexploitatie
De prognose voor de Nederlandse en regionale economie is dat deze de komende jaren nog blijft groeien. De jaren van extreme groei lijken echter voorbij en de economie keert terug naar een normaal groeitempo. De rente blijft laag, maar de verwachting is dat de lange rente wel licht gaat stijgen.
De verkoopprijzen van zowel nieuwbouw als bestaande woningen zijn de afgelopen jaren sterk gestegen. Dit wordt veroorzaakt door de lage hypotheekrente, economische groei, lage werkloosheid en door krapte op de woningmarkt. Het optimisme over de vooruitzichten voor de woningmarkt is echter geluwd en het aantal transacties neemt af in zowel Nederland als Nijmegen. De stijging zet de komende jaren vermoedelijk nog voort, maar zwakt waarschijnlijk wel af. Ook voor de andere delen van de vastgoedmarkt zien we een positieve trend met een meer stabiele waardegroei, maar ook stevige stijging van de bouwkosten.
De ontwikkeling van de grondopbrengsten is voor 2020 en volgend nagenoeg gelijk aan die van vorig jaar . Alleen de grondopbrengsten voor bedrijfsruimte en kantoren zijn voorzichtigheidshalve iets neerwaarts bijgesteld. Vanwege de stijgende structurele bouwkosten is de parameter voor de grondkosten naar boven bijgesteld. De disconteringsvoet is gebaseerd op de richtlijnen van de Commissie BBV en is ongewijzigd: 2%. Voor de renteparameter wordt aangesloten bij de algemene rekenrente van de Gemeente Nijmegen: 0,8%.
Zoals gebruikelijk rekent de gemeente Nijmegen aan kortlopende planexploitaties geen opbrengstenstijgingen toe.
Onderstaande tabel bevat het voorstel voor de parameters voor de grondexploitaties:
Planexploitaties langlopend | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 e.v. |
---|---|---|---|---|---|---|
Opbrengsten | ||||||
- woningen | 3,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% |
- kantoren | 1,50% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% |
- bedrijfsruimten | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% |
- winkelruimten | 1,50% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% |
Grondkosten | 3,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% |
Rente | 0,80% | 0,80% | 0,80% | 0,80% | 0,80% | 0,80% |
Disconteringsvoet | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% |
Planexploitaties kortlopend | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 e.v. |
---|---|---|---|---|---|---|
Opbrengsten | ||||||
- woningen | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% | n.v.t. |
- kantoren | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% | n.v.t. |
- bedrijfsruimten | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% | n.v.t. |
- winkelruimten | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% | 0,00% | n.v.t. |
Grondkosten | 3,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | n.v.t. |
Rente | 0,80% | 0,80% | 0,80% | 0,80% | 0,80% | n.v.t. |
Disconteringsvoet | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | 2,00% | n.v.t. |
Verschuivingen tussen programma's
Bij de zomernota 2019 zijn een tweetal verschuivingen geformaliseerd. De eerste betreft de verkeersmanagement centrale. Deze is nu opgenomen onder taakveld 2.1 Verkeer en vervoer en past beter onder taakveld 2.2 Parkeren. De tweede wijziging betreft kosten van het magazijn die abusievelijk onder het taakveld 3.4 Economische promotie valt; dit moet namelijk taakveld 2.1 Verkeer en vervoer zijn.
Door deze wijziging verschuift er € 3 ton van het programma Economie en toerisme naar het programma Bereikbaarheid. Voor de totale programmabegroting zijn de verschuivingen budgettair neutraal.